23 weken zwanger ben ik. En dat is al een heul end. Terugkijkend op die 23 weken is dat echt in een flits voorbij gegaan. Dat komt omdat ik het zo lang verborgen heb gehouden. En dus ook pas met 16 weken voor mijzelf het pas echt heb kunnen (of mogen) accepteren. Want in die eerste 16 weken stond mijn zwangerschap in het teken van onzekerheid, het ondergaan van onderzoeken en het wachten op uitslagen.
Deze derde zwangerschap ontdekte ik vrij vroeg, ik weet het nog heel goed, het was de dag voordat wij op vakantie zouden gaan. Ik had al wel langer een vermoeden dat ik wel weer eens zwanger zou kunnen zijn, maar durfde daar nog niet echt in te geloven. Maar trust me, de derde keer dan weet je dat diep van binnen echt wel. Vlak voor de vakantie besloot ik toch maar een test te doen. Ongesteld was ik al een tijdje niet meer geweest (en hoewel ik niet regelmatig ongesteld was, liet het nu wel erg lang op zich wachten). Dus test gekocht en doen dan maar. Raak! Kon niet missen, een tweede test was echt niet nodig. Twee dikke vette strepen verschenen er in het miniscule venstertje.
Blij? Ik moest er ook nu weer even aan wennen. Ja, we hadden er weer bewust voor gekozen, wilden graag nog een kindje. Maar ik kon me mijn vorige zwangerschappen nog zo goed herrinneren, waarvan de laatste, die van de kleine koekepeer, toch best een angstige was geweest. Dus ja, ik was blij aan de ene kant, maar ook bang voor wat zou komen aan de andere kant.
Eerst maar eens op vakantie, dacht ik, dan zien we verder. Afijn, tijdens de vakantie heb ik geprobeerd, afgezien van de alcohol-loze etentjes, er zo min mogelijk aandacht aan te schenken. En dat was makkelijker gezegd dan gedaan. Elk krampje, steekje, dingetje, datje… daarvan schrok ik en deed mij nog meer piekeren dan dat ik al deed. Zou ik het verliezen? Was alles wel goed? Is het wel gezond? Is er überhaupt wel iets levend’s in mij aanwezig? Gedachtes die ik maar niet van me af kon schudden. Toch besloot ik te wachten met naar de verloskundige te gaan tot na de vakantie. Hoewel vriendlief meerdere malen heeft voorgesteld wel te gaan, om mijzelf gerust te stellen, wilde ik mij ook weer niet aanstellen (ja,ja, hoe hard kun je zijn voor jezelf).
Na de vakantie heb ik toch maar een afspraak gemaakt voor een vroege echo. Just to be sure. Ik gokte na wat rekenwerk dat ik ongeveer 7 weken zanger zou zijn. De verloskundige waarschuwde mij dat het nog maar de vraag was of ze iets kon zien op de echo, ik hoopte dan ook maar op het beste. Zwetend als een peentje nam ik plaats op de onderzoekstafel waarna de verloskundige mijn licht groeiende buikje insmeerde met koude gel (JAIKS). Ik durfde niet te kijken. “Ja, hoor” hoorde ik ineens naast mij “daar zit ie”. En inderdaad een piepklein hompje ‘iets’ verscheen op het scherm voor mij. Na twee zwangerschappen en legio echo’s kan ik inmiddels prima onderscheid maken tussen al die zwart, grijs en witte vlekken die baarmoeder, vruchtje en weet ik wat allemaal nog meer moeten voorstellen.
Duidelijk zag ik dus ook iets en verdomd als het niet waar was, er klopt ook nog wat. Wat een opluchting, wat was ik blij. Tranen van blijdschap biggelden over mijn wangen. De verloskundige trok een doos tissues open en overhandigde die mij. Ik voelde me nogal een muts dat ik daar zo lag te janken, maar tegenhouden kon ik het ook niet. Een ontlading, zo voelde dat op dat moment. Toen nog niet wetende dat die tranen van blijdschap in een raptempo plaats zouden maken voor nog meer angst en onzekerheid. Want wat als het nou niet gezond was…..?